Wat is ATEX?
ATEX komt van “ATmosphère EXplosible”. Dit behelst alle situaties in welke personen met een explosierisico te maken hebben. Het kan gaan om stof, dampen zoals benzine, maar ook stofwolken van bijvoorbeeld toner of meel.
Om de risicos zoveel mogelijk te beperken, wordt in een Explosieveiligheidsdocument (EVD) als onderdeel van de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RIE) een indeling in verschillende risico zones gemaakt. Door de zonering worden de explosiegevaren duidelijk gemaakt in elk gebied.
De Europese Richtlijn (ATEX 100A ~ 1994/9/EG und ATEX 118A ~ 99/92/EG) gelden al sinds 2003 voor nieuwe installaties. Vanaf 1 juli 2006 moeten ook bestaande productieruimtes aan deze norm voldoen. ATEX 100A heeft betrekking op installaties en apparaten terwijl ATEX 118A van toepassing is voor de arbeids –omgeving en plaatsen in de explosie gevaren zone.
In de warenwet (VWA) is er sprake van ATEX 95 bij producten en is er sprake van ATEX 137 in de arbeidsomgeving volgens de arbowet. Personen vallen onder de Atex 137 wetgeving en dien als persoon hieraan te voldoen door een afgeleiding van 1000 naar 500 Volt binnen een tijd van 5 seconden. Wij proberen ons concept ATEX practice proof als schakel tussen personen en hun arbeidsomgeving te stellen. Alle kledingstukken worden getest volgens deze norm.
EDPP ATEX electrastatic dissipative requirements practice proof, ATEX
Steeds vaker zijn in industriële toepassingen op hoogte helmen in gebruik genomen die gekeurd zijn volgens EN 12492. Dit zijn dus bergbeklimhelmen. Deze norm is ontwikkeld voor de vereisten die gesteld worden aan een helm voor de bergsport.
De reden dat er vaak voor een klimhelm wordt gekozen is dat er aan deze helmen standaard een kinriem zit. De kinriem zorgt ervoor dat bij werken op hoogte de helm stevig blijft zitten en niet af kan vallen.
Er komen echter steeds meer industriële veiligheidshelmen met kinriem op de markt.
In de EN 397 staat dat de kinriem stevig genoeg aan de helm moet vastzitten dat hij niet loskomst onder een kracht van 150 newton (15kg), maar ook niet te stevig om blessures (of erger) door ophanging te voorkomen. Dit houdt in dat de kinriem moet loskomen bij een kracht boven 250 N (25kg).
In de klimsport wil men echter dat de helm pas bij 500 Newton (50 kg) loslaat. Dit omdat als een klimmer valt men wil dat de helm zo lang mogelijk op het hoofd blijft zitten maar dat de klimmer zich uiteindelijk niet kan ophangen aan zijn helm.
Vanwege dit verschil is het dus onmogelijk om een helm met kinriem volgens beide normen te certificeren. Er zijn fabrikanten die een dergelijke helm aanbieden, vaak dan met 2 verwisselbare kinriemen. Vertrouwt u uw werknemers toe dat zij dan altijd de juiste kinriem kiezen en op goede manier bevestigen?
Verplichte testmethoden |
EN397 |
EN12492 |
EN 14052 |
| Kinriem | optioneel | verplicht | verplcht |
| Loslaten kinriem | > 15 en < 25 kg | > 50 kg | > 25 kg |
|
Bescherming tegen impact |
5 kg vanaf 1 meter / 50 joule | 5 kg vanaf 2 meter / 100 joule | 5 kg vanaf 2 meter / 100 joule |
| Bescherming tegen impact van zijkant |
niet verplicht |
5kg; voor-, zij- en achterkant; valhoogte 0,5m / 25J |
5kg; onder hoek tussen 15 en 60 graden; valhoogte 1 m / 50J |
| Penetratie | 3 kg vanaf 1 meter / 30 joule | 3 kg vanaf 1 meter / 30 joule | 3 kg vanaf 2,5 meter |
| Test effectiviteit binnenwerk/kinriem | niet verplicht | verplicht | verplicht |
De moeilijkheid voor veiligheidskundigen is nu om vast te stellen of de juiste helm gedragen wordt. Dit is alleen zichtbaar aan de binnenzijde van helm. Een helm met een sportief design hoeft tegenwoordig niet meer per sé een klimhelm te zijn. Tegenwoordig zijn er ook dergelijke helmen (met of zonder kinriem) te koop die gekeurd zijn volgens EN 397.